Om acht uur ’s ochtends in de auto stappen en rond het middaguur zwemmen in een turquoise zee, hiken over de krijtrotsen of lunchen in een charmant kuststadje: daar zeg je toch meteen ‘oui’ tegen?! Reis naar de Noord-Franse Opaalkust, net voorbij de Belgisch-Franse grens en ervaar het zelf. Ga wandelen of fietsen, bezoek historische steden en geef je smaakpapillen de tijd van hun leven. Met deze zes tips ontdek je de hoogtepunten van de Opaalkust.
1. Cap Blanc-Nez
De Opaalkust begint bij Duinkerken en eindigt 120 kilometer zuidelijker bij Berck. Vanuit Den Haag is het zo’n 350 kilometer naar Wimereux, het hart van dit gebied. Als we tussen Duinkerken en Calais een landschap van schoorstenen, opslagtanks en distributiecentra passeren kijken mijn reisgenoot en ik elkaar vragend aan. Hebben we de verkeerde afslag genomen en zijn we per ongeluk in het Duitse Ruhrgebied beland?
Mais non! Zodra we de snelweg verlaten rijden we over kronkelige wegen door een glooiend heuvellandschap met wuivend graan en bermen vol met bloemen. In het dorpje Escalles volgen we de bordjes naar Cap Blanc-Nez, de hoogste klif van dit gebied. Deze kaap maakt samen met Cap Griz-Nes deel uit van natuurgebied Les Deux-Caps: een oneindige aaneenschakeling van duinen, krijtrotsen en graanvelden.
Cap Blanc-Nez is 134 meter hoog en biedt een fantastisch uitzicht op de omgeving. Een ménage à trois tussen de Zuid-Limburgse heuvels, dorpjes in de buurt van Bordeaux en het azuurblauwe zeewater van de Franse zuidkust; en dat dus allemaal in Noord-Frankrijk. Engeland is heel dichtbij. We kunnen de verse scones in Dover bijna ruiken, de autoradio switcht naar Sussex FM en op mijn telefoon verschijnt het bericht “welkom in het Verenigd Koninkrijk”.
Net onder de top van Cap Blanc-Nez ligt een parkeerplaats, maar je kunt deze Cap ook bereiken met een mooie wandelroute die vlakbij het strand van Escalles start.
2. Cap Gris-Nez
De tweede kaap, Cap Gris-Nez ligt vijftien kilometer zuidelijker en is vijftig meter hoog. Ook hier kun je prachtig wandelen over de kliffen richting de vuurtoren. De afstand tussen Frankrijk en Engeland bedraagt op dit punt slechts drieëndertig kilometer. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren de Duitsers zich hier maar al te goed van bewust, op iedere duintop van de Opaalkust staan bunkers die deel uitmaakten van de Atlantikwall.
Er zijn meerdere gemarkeerde wandelroutes uitgezet. Wij liepen een deel van de Les Crans route. Een afwisselende wandeling langs graanvelden en door dorpjes waar de bebloemde werkschort van grand-mère aan de waslijn wappert. Ook loop je een groot deel over de kliffen langs weides met madeliefjes, grillige rotsformaties en kiezelstranden. Tegelijkertijd heb je een geweldig uitzicht op de zee en Engeland. Je ogen draaien hier overuren. De route is goed aangegeven met blauwe bordjes. Als je over het strand gaat lopen, houd dan rekening met het getijde. Het verschil tussen eb en vloed bedraagt honderden meters, waardoor er bij vloed maar een piepklein strookje over blijft.
Bij bezoekerscentrum Maison du Site du deux Caps in Audinghen, dat het dichtst bij Cap Griz-Nes ligt, kun je terecht voor wandel- en fietsroutes. Ook kun je hier fietsen huren (wel van te voren reserveren). Verder kun je er meer leren over de natuur en geschiedenis van dit gebied. In de bijbehorende winkel koop je lokale bieren en andere lekkernijen uit de streek.
3. Wimereux
En de prijs voor charmantste badplaats van de Opaalkust gaat naar…Wimereux!
Vergaap je aan de Belle Époque en Art Nouveau villa’s, flaneer langs de badhuisjes op de boulevard of ga shoppen bij de leuke woonwinkels en kledingboetieks in de Rue Carnot.
Wimereux heeft 7500 inwoners en ontvangt al sinds de negentiende eeuw toeristen. Al in 1903 telde het plaatsje dertien hotels! De plaats ligt in het midden van de Opaalkust en is daardoor een goede uitvalsbasis voor het verkennen van de regio. Wij verbleven er in hartje augustus en waren zeker niet de enige bezoekers. Gelukkig is het gebied vooral populair bij Franse toeristen, waardoor Wimereux toch haar couleur locale behoudt.
4. Eten bij Hotel Atlantic
Voor het beste diner in Wimereux moet je bij Hotel Atlantic zijn. In dit hotel vind je twee restaurants: brasserie L’Aloze en gastronomisch restaurant La Liégeoise. Laatstgenoemde staat met een ster in de prestigieuze Guide Michelin. We blijven Hollanders en kozen voor het meer betaalbare L’Aloze en smulden ook hier van een sterrenwaardige maaltijd. De tonijn smaakte als ossenhaas uit de zee: heel mals en sappig.
5. Boulogne-sur-Mer
Op vijf kilometer van Wimereux ligt Boulogne-sur-Mer. Met 42.000 inwoners is Boulogne-sur-Mer een van de grotere steden van de Opaalkust. Het centrum van Boulogne bestaat uit de hoge stad (ville haute) en de lage stad (ville basse).
De hoge stad wordt omringd door een stadsmuur van bijna acht eeuwen oud waar je een rondwandeling over kunt maken. In dit oude centrum bevinden zich de meeste bezienswaardigheden waaronder de honderd meter hoge Notre Dame basiliek (zie de foto hierboven), die overal bovenuit steekt. Verder vind je er een kasteel en een keizerlijk paleis waar monsieur Napoleon lui-même heeft overnacht.
De lage stad, ville basse, staat in het teken van de visserij. Boulogne-sur-Mer heeft de grootste vissershaven van Frankrijk en beschikt daarnaast over plezier- en goederenhavens. Ook kun je een bezoek brengen aan het grootste aquarium van Europa: Nausicaá.
De meest bijzondere bezienswaardigheid van Boulogne-sur-Mer heeft echter niets met visserij te maken, maar met kunst. Boulogne-sur-Mer is namelijk de streetart-hoofdstad van Noord-Frankrijk. Streetart voelt voor mij soms een beetje als de verkaramelzeezoutisering van de stad. Leuk en ooit origineel, maar inmiddels vrij standaard en een behoorlijk afgezaagd. De steetart in ‘de lage stad’ is daarentegen is als witte chocolade met framboos en knettersuiker: verrassend én smaakvol.
Monets’ vrouw met parasol 2.0 staat naast een portret van de schilder zelf en ook knappe Franse mademoiselles sieren de gevels van deze stad. Het goede nieuws is dat Boulogne-sur-Mer jaarlijks een streetart-festival organiseert; er komen dus ongetwijfeld nog veel mooie werken bij!
6. B&B Le Petit Roulis
Ten slotte heb ik nog een tip voor een fijne accommodatie aan de Opaalkust. B&B Le Petit Roulis ligt in het centrum van Wimereux op twee minuten lopen van het strand. De kamers zijn comfortabel en sfeervol met leuke details. Hoewel je in het centrum zit is het zeer rustig. Ontbijten doe je zomers in de tuin en ’s winters in de gemeenschappelijke woonkamer. In de tuin staat ook een hottub. Vanwege de 30+ temperaturen hebben we die niet uitgetest en bewaren we hem voor de volgende keer, want dat we hier terugkomen weten we zeker!
A bientôt, Côte d’Opale 🙂